De voorgestelde aanpassingen aan de stedenbouwkundige voorschriften zijn opgenomen in het document "Stedenbouwkundige voorschriften" en "Toelichtingsnota".
De herziening van de voorschriften van het RUP werd gescreend op de milieueffecten.
Op 10 januari 2022 werd de plan-MER-screening voor advies verstuurd naar de volgende adviesinstanties: Provinciebestuur Limburg (ruimtelijkeplanning@limburg.be) en Departement Omgeving (omgevingsplanning@vlaanderen.be)
Op 28 maart 2022 besliste het Team Mer dat de herziening van de stedenbouwkundige voorschriften geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.
Watertoets In toepassing van artikel 1.3.1.1 van het Gecoördineerd Decreet d.d. 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid, moet het plan onderworpen worden aan de watertoets. Het Besluit van de Vlaamse Regering d.d. 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. Het plan werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem en aan de relevante doelstellingen en beginselen van het Gecoördineerd Decreet d.d. 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid. Een watertoets werd uitgevoerd voor het RUP Smeetsbergstraat, definitief vastgesteld op 7 februari 2013. Artikel 1.3.1.1, §5, 4e lid van het Gecoördineerd Decreet d.d. 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid stelt het volgende: “Voor opeenvolgende programma's, plannen en vergunningen die betrekking hebben op hetzelfde plangebied, kan de overheid die beslist over een programma, plan of vergunning, oordelen dat een eerder uitgevoerde watertoets volstaat.”. In de plan-MER-screening uitgevoerd in functie van de beperkte herziening van het RUP gebeurde een beoordeling van de wijzigingen aan het ruimtelijk uitvoeringsplan ten aanzien van (onder meer) het watersysteem. Op basis van de getoetste elementen kan een gunstige beoordeling gebeuren met betrekking tot de watertoets op planniveau. De planinhoud geeft geen aanleiding tot een significant nadelig of schadelijk effect op het watersysteem. Op basis van de voorziene reguliere maatregelen en randvoorwaarden lijkt met andere woorden geconcludeerd te kunnen worden dat het plan verenigbaar is met de doelstellingen en beginselen van het Gecoördineerd Decreet d.d. 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid. De doelstellingen zoals bedoeld in het Gecoördineerd Decreet d.d. 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid werden in acht genomen bij de opmaak van het plan. In alle redelijkheid kan worden geoordeeld dat de beperkte herziening van het RUP verenigbaar is met het watersysteem en geen schadelijk effect op de waterhuishouding veroorzaakt.
Overeenkomstig artikel 7.4.4/1 §3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd de herziening van de voorschriften van het RUP Smeetsbergstraat onderworpen aan een openbaar onderzoek met als voorwaarden dat dit dertig dagen duurt en dat iedere belanghebbende gedurende die termijn schriftelijk of digitaal opmerkingen of bezwaren kan indienen. Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 10 oktober 2022 tot met met 9 november 2022. Dit openbaar onderzoek werd bekend gemaakt in het gemeentelijk infoblad, op de gemeentelijke website en in het Belgisch Staatsblad. De betrokken eigenaars binnen het plangebied werden per brief op de hoogte gebracht van het openbaar onderzoek. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden geen bezwaarschriften ingediend.
Overeenkomstig artikel 7.4.4/1§ 4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd het voorafgaande advies ingewonnen van de Deputatie van de provincie Limburg, het Departement, het Vlaams Energieagentschap en de GECORO.
De adviezen werden gevraagd op 14 oktober 2022 en hebben volgende resultaten:
De adviezen en opmerkingen van de Deputatie van de provincie Limburg en het Departement Omgeving worden in bijlage toegevoegd.
Op 27 september 2022 heeft de Gecoro beraadslaagd over de herziening van de voorschriften van het RUP Smeetsbergstraat. De Gecoro bracht unaniem een positief advies uit. Het verslag van de vergadering wordt in bijlage toegevoegd.
Gevolg gevend aan de opmerking van de provincie Limburg werden volgende vormelijke aanpassingen nog doorgevoerd aan de herziening van het RUP, zonder dat deze een inhoudelijk wijziging tot gevolg heeft:
De wijziging van de stedenbouwkundige voorschriften heeft betrekking op artikel 2: zone voor woonproject. In de versie van de voorschriften en de toelichtingsnota die in openbaar onderzoek werd gebracht (en voorgelegd werd voor advies), werden enkel de artikels opgenomen waaraan wijzigingen ten opzichte van de oorspronkelijke stedenbouwkundige voorschriften werden aangebracht. Omdat een aantal artikels van de oorspronkelijke stedenbouwkundige voorschriften behouden blijven worden deze samen met de gewijzigde voorschriften gebundeld tot één document zodat ze een gecoördineerde versie vormen van de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP "Smeetsbergstraat".
Overeenkomstig artikel 7.4.4/1 §6 van de Vlaamse Codex voor Ruimtelijke ordening beslist de gemeenteraad tot herziening van de voorschriften binnen een vervaltermijn van 180 dagen na het einde van het openbaar onderzoek dan wel het einde van de adviesperiode.
De voorliggende beschrijvende nota wordt als addendum bij het RUP Smeetsbergstraat toegevoegd. De voorliggende aangepaste stedenbouwkundige voorschriften zijn de gecoördineerde versie van de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP "Smeetsbergstraat". Het grafisch plan blijft behouden.
22 december 2017 en wijzigingen: Decreet Lokaal Bestuur.
15 mei 2009 en wijzigingen: Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), meer bepaald artikel 7.4.4/1 dat op 7 maart 2018 in werking is getreden.
11 januari 2019 (B.S. 25 februari 2019) en wijzigingen: Besluit van de Vlaamse Regering inzake de herziening of de opheffing van stedenbouwkundige voorschriften van algemene en bijzondere plannen van aanleg en gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, met toepassing van artikel 7.4.4/1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Het RUP Smeetsbergstraat werd goedgekeurd op 7 februari 2013. Het maakte het mogelijk om de bestemming van KMO-zone om te vormen tot een woonbestemming waarbij na aanleg van wegenis diverse eengezinswoningen konden opgericht worden. De stedenbouwkundige voorschriften werden vastgelegd. De voorschriften van het RUP laten geen vrijstaande bijbouwen toe waardoor de tuinzones als bouwvrij dienen ingericht te worden. Meerdere eigenaars zijn vragende partij om de voorschriften van het RUP te wijzigen. De gemeentelijk omgevingsambtenaar heeft in een nota een standpunt ingenomen met betrekking tot de herziening van de voorschriften van het RUP. Rekening houdend met de huidige configuratie en oppervlakte van de percelen kunnen vrijstaande bijgebouwen ruimtelijk aanvaard worden mits de bebouwde oppervlakte in verhouding staat tot de oppervlakte van het perceel (B/T: max. 30 %) en mits de grootte van het vrijstaande bijgebouw in verhouding staat tot de grootte van het perceel (5 m² per are perceel).
Het college heeft 23 november 2018 beslist om, met toepassing van artikel 7.4.4/1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP te herzien.
Een ontwerper (Cleuren Architecten Bilzen) werd aangesteld.
In samenwerking met de bevoegde schepen en de omgevingsambtenaar heeft Merken Josiane (Cleuren Architecten) de documenten over herziening van de voorschriften van het RUP "Smeetsbergstraat" opgemaakt. De toelichtingsnota en het ontwerp van voorschriften van het RUP Smeetsbergstraat werden besproken binnen het schepencollege. Uit de besprekingen en de beschrijvende nota blijkt duidelijk dat enkel aanpassingen aan de voorschriften van het RUP nodig zijn die opgenomen zijn in artikel 7.4.4/1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dat stelt dat een ruimtelijk uitvoeringsplan kan worden herzien voor wat betreft:
De gemeenteraad stelt de herziening van de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP "Smeetsbergstraat" vast, zoals weergegeven in de bijlagen te weten de toelichtingsnota, de gecoördineerde stedenbouwkundige voorschriften en het grafisch plan.
De gemeenteraad belast het college met de administratieve afhandeling van de procedure en met het vervullen van de nodige verplichtingen overeenkomstig artikel 7.4.4/1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, als volgt: