Terug OCMW-raad

do 19/12/2019 - 20:30 Raadzaal

Openbare zitting

  • Doordat er al verschillende jaren een aanzienlijk overschot is bij het OCMW impliceert deze budgetwijziging vooral een vermindering van de gemeentelijke bijdrage.

    De gemeentelijkge bijdrage wordt met 282.073,71 euro verminderd; 275.000,00 in exploitatie en 7.073,71  in de investeringsbijdrage.

    Daarnaast wordt de huur die het OCMW aan de gemeente betaalde geschrapt, 30.000,00 euro. (Door de nieuwe beheersovereenkomst tussen gemeente en OCMW wordt er geen huur meer betaald)

    Enkele toelages kunnen verhoogd worden. Toelage leefloon 13.500,00, toelage voor LOI-bewoners 15.000,00 euro.

    Dit brengt het resultaat op kasbasis op 18.827,40 euro. Het budgettair resultaat van het boekjaar wordt hierdoor -328.266,62. De autofinancieringsmarge bedraagt -353.255,85.

  • Het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat er voor de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn een gezamenlijk meerjarenplan wordt opgesteld, dat door beide raden wordt vastgesteld.

    Beide rechtspersonen kunnen samen één doelstellingenboom hebben, waarbij de doelstellingen van het OCMW en die van de gemeente vervlochten zijn. Ook het financiële evenwicht wordt beoordeeld voor de gemeente en het OCMW samen. Dat in het meerjarenplan geen gemeentelijke bijdrage aan het OCMW meer wordt ingeschreven past volledig in deze filosofie.

    Omdat elke rechtspersoon voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, blijft in het meerjarenplan een duidelijk onderscheid bestaan tussen de kredieten van de gemeente en die van het OCMW. Dat komt tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (schema M3), waarin de kredieten voor de gemeente en het OCMW apart worden opgenomen.

  • Ingevolge de “Wet  op de gemengde pensioen van 30 maart 2018 dienden de bestaande aanvullende pensioentoezegging formeel aangepast te worden met ingang 1 januari 2019.

    Om met plan Limburg, korting te krijgen op de responsabiliseringbijdrage, dient het reglement in overeenstemming te worden gebracht met de wet op de gemengde pensioen.

    De voorwaarden aan de pensioentoezegging die de wet van 30 maart 2018 oplegt, gaat om een tweede pensioenpijler die voldoet aan volgende kenmerken:

    • De aansluitingsdatum stemt overeen met de datum van indiensttreding of met de datum van de invoering van het pensioenstelsel of met de datum van de wijziging van het pensioenstelsel die de aansluitingsleeftijd schrapt indien deze gelegen is na de datum van indiensttreding. Het pensioenreglement moet hierop aangepast worden
    • Het pensioenreglement mag niet voorzien in een wachttijd of aansluitingsleeftijd. Het pensioenreglement moet hierop aangepast worden
    • Het pensioenstelsel wordt ingevoerd voor een onbepaalde duur: 
    • Indien het een pensioentoezegging betreft van het type vaste bijdragen, zoals in het VVSG-RSZPPO-systeem, voorziet het in de storting op de individuele rekening van een bijdrage op jaarbasis voor de opbouw van een rustpensioenprestatie ten belope van minstens 2 % vanaf 1 januari 2020 en 3 % vanaf 1 januari 2021 van de verloning die in aanmerking genomen wordt voor de berekening van de sociale zekerheidsbijdragen voor het beschouwde jaar. 
    • Indien het een pensioentoezegging betreft van het type vaste prestaties, zoals bijv. het geval is in de pensioentoezegging voor de besturen aangesloten bij het ‘plan provincie Antwerpen’ of ‘plan provincie Limburg’, stemt de aanvullende rustpensioenprestatie voortvloeiend uit de pensioentoezegging uitgedrukt in rente minstens overeen met 4 % vanaf 1 januari 2020 en 6 % vanaf 1 januari 2021 van de verloning die in aanmerking genomen wordt voor de berekening van de sociale zekerheidsbijdragen voor het beschouwde jaar. 
    • Indien het een pensioentoezegging betreft zoals bedoeld in artikel 21 van de voormelde wet van 28 april 2003 (de ‘cash balance’-systemen, zie FAQ, nvdr), stemt de rustpensioenprestatie van de pensioentoezegging overeen met de kapitalisatie volgens de rentevoet vastgesteld in het pensioenreglement van een bedrag toegekend op jaarbasis van minstens 2 % vanaf 1 januari 2020 en 3 % vanaf 1 januari 2021 van de verloning die in aanmerking genomen wordt voor de berekening van de sociale zekerheidsbijdragen voor het beschouwde jaar

    Het aangepaste reglement in bijlage dient bij raadsbesluit te worden aangenomen.


Publicaties

Besluitenlijst
Notulen